Participatie is de sleutel tot 6000 MW
Per 2020 moet in totaal 6000 MW aan windenergie op land operationeel zijn. Het is algemeen geaccepteerd dat die doelstelling alleen kan worden gehaald als door alle stakeholders – overheden, ontwikkelaars en omgeving – bij een windproject wordt samengewerkt. In dat kader wordt ook wel gesproken over participatie (door de omgeving). Deze samenwerking door de stakeholders of participatie kan worden uitgewerkt in een participatieplan.
Achtergrond van het participatieplan
In het Energieakkoord (september 2013) is afgesproken dat in 2020 6000 MW windenergie op land operationeel moet zijn. Over participatie staat in het Energieakkoord: "Bij windprojecten (meer dan 15 megawatt) wordt voorafgaand aan een project gezamenlijk met betrokken overheden een Participatieplan opgesteld. Dit wordt verankerd in de Omgevingswet."
Deze afspraak in het Energieakkoord is uitgewerkt in de volgende documenten:
- De gedragscode ‘Draagvlak en Participatie wind op land’ uit september 2014 (Nederlandse Wind Energie Associatie (‘NWEA’), in samenspraak met natuur- en milieuorganisaties (de Natuur en Milieufederaties, Natuur & Milieu en Greenpeace)
- De ‘Gedragscode Windenergie op Land, Samen naar Duurzaam’ (De Nederlandse Vereniging Omwonenden Windturbines (‘NLVOW’))
- Zeven spelregels voor windenergie op land (Vereniging Eigen Huis (VEH))
- Afsluitend zal de Omgevingswet (vanaf 2018) voorschrijven dat bij complexe projecten publieksparticipatie verplicht is.1
In het Energieakkoord en in de NWEA-gedragscode wordt uitgegaan van een participatieplan. In de andere documenten wordt weliswaar niet expliciet gesproken over een participatieplan, maar wij nemen aan dat het wenselijk is om een document op te stellen waarin wordt beschreven op welke wijze de omgeving bij een project wordt betrokken en de overheden, ontwikkelaar en omgeving met elkaar samenwerken.
Wat is een participatieplan?
In deze Handleiding verstaan wij onder een participatieplan:
Het document waarin (per projectfase van een windpark) staat welke instrumenten worden ingezet in het kader van de samenwerking tussen overheden, de ontwikkelaar en de omgeving bij een windpark.
Deze instrumenten noemen wij de participatie-instrumenten.
In deze Handleiding nemen wij expliciet tot uitgangspunt dat de overheid een participatieplan al opstelt en uitvoert voorafgaand aan de locatiekeuze (en ontwikkelaarkeuze); zie ook richtsnoer 3.